Hoe staat de zzp’er in de zorg er voor?

kennis, 19 februari 2019

Zelden is er zoveel rondom de zzp’er in de zorg gebeurd als in de afgelopen paar weken. Als je lekker bezig bent met zorg verlenen, dan heb je geen tijd om al het nieuws bij te houden. Gelukkig heb je SoloPartners om het overzicht te houden over wat er allemaal gebeurd is. In dit artikel een overzicht van de afgelopen tijd, verdeeld over de verschillende organisaties die te maken hebben met de zelfstandig ondernemer in de zorg.

Allereerst..

.. maak je niet teveel zorgen. Er gebeurt een hoop, maar het is niet zo dat er opeens dingen gaan veranderen. We krijgen veel verontruste reacties binnen van onze achterban, omdat het soms lijkt dat er harde maatregelen getroffen gaan worden tegen zzp’ers in de zorg. Dat is niet het geval. Minister de Jonge heeft afgelopen week benoemd dat alle zorgprofessionals keihard nodig zijn voor de zorg. Ook gaf hij aan dat het niet goed is dat de schuld soms wordt gegeven aan de zzp’er in de zorg. Tenslotte kwam hij terug op zijn woorden in het programma Meldpunt dat zzp’ers geen echte zzp’ers zouden zijn en gaf hij aan dat dit ‘een kort door de bocht kwalificatie‘ was. De kamerbrief die hij onlangs publiceerde liet ook zien dat er inmiddels behoorlijk genuanceerd over de zzp’er in de zorg wordt gesproken. Daarover straks meer.

Voordat we starten is het van belang om twee zaken te weten. Allereerst staan we inmiddels met behoorlijk wat partijen in contact die belangrijk zijn over waar het zzp-schap in de zorg naartoe gaat en kunnen we daar op een genuanceerde manier het gesprek over aangaan. Op die manier proberen we bruggen te slaan en uit te leggen wat zzp’ers zijn en wat zij nodig hebben. Ten tweede is het van belang dat je weet dat we goede partners om ons heen verzameld hebben die met ons optrekken en ons verdedigen als dit nodig is. Met een achterban van zo’n 14.000 zorgprofessionals hebben we ook de slagkracht om vervelend te zijn als het moet. Doen we liever niet, maar we laten niet over de zzp’er in de zorg heen lopen. Anders gezegd: we houden scherp in de gaten wat er gebeurt en komen in actie als dat moet.

Over welke zzp’er gaat het eigenlijk?

Als je over heel Nederland naar alle sectoren kijkt, dan werkt maar liefst 35% van de arbeidsmarkt flexibel. ‘Flex’ is van alles, zoals uitzendkrachten, gedetacheerde krachten en uiteraard ook de zzp’er. Minister de Jonge gaf aan dat zo’n 15% van alle zorgmedewerkers inmiddels ‘flex’ werken. Wij denken zelf dat dit nog hoger ligt, maar er is altijd discussie over cijfers. Wij telden bijvoorbeeld onlangs bijna 200.000 zorgverleners met een KvK nummer. Op 1,3 miljoen werkenden in de zorg is dat al 15% alleen aan zzp’ers. Daar komen dan uitzenden, detachering en anderen vormen van flex nog bovenop. De zorgsector heeft veel last van de flexibilisering in de zorg, omdat het de verhoudingen tussen vast / flex ondermijnt in teams. Zorgorganisaties zijn de regie over flex kwijt, omdat zij geforceerd worden flex in te zetten waar zij liever vaste medewerkers zien.  Vacatures worden dus niet vervuld en flex neemt toe. Werkgevers zijn dus eigenlijk ‘gedwongen opdrachtgever’ zou je kunnen zeggen. Liever hebben ze professionals in dienst, maar de professional zelf wil niet in dienst. Aangezien er tot nu toe nog geen breed onderzoek gedaan is naar het waarom zorgprofessionals flex worden, blijft iedereen naar elkaar wijzen en wordt er geen gesprek gevoerd op basis van feiten. Flex is een lastig verschijnsel en iedereen moet terug in loondienst, zo vinden vooral de overheid, zorgverzekeraars en werkgevers. Om in de woorden van Borstlap te blijven: ‘Het is toch niet de bedoeling dat iemand op vrijdag uit dienst gaat en op maandag terugkeert als zzp’er.‘ De vraag waarom iemand op vrijdag het dienstverband verlaat blijft grotendeels onbeantwoord, maar men heeft wel een mening over de stap die zzp’ers maken. Tja.

De huidige discussie over de zzp’er in de zorg gaat dus vooral over de zzp’er die ‘flex’ werkt voor zorgorganisaties. Het beeld is namelijk dat deze zorgprofessionals precies doen wat zij deden in loondienst, maar dan als zzp’er. Ze zouden dus heel erg lijken op medewerkers en niet een ‘echte zzp’er zijn’ zoals de Jonge liet vallen bij Meldpunt. Maar klopt dat beeld wel? Als wij onze achterban vragen hoeveel werkzame tijd zij doorbrengen bij organisaties als onderaannemer (flex), dan is dat gemiddeld minder dan 50% van hun werkweek. Veel zzp’ers in de zorg blijken een hybride werkweek te hebben, met een deel flex voor zorgorganisaties en een deel eigen cliënten. Dat is een heel goede zaak, want daarmee zijn zij ondernemender dan wordt gedacht. Minder dan een derde van de achterban werkt altijd via bemiddeling en daarmee is ook het beeld dat zzp’ers in de zorg voortdurend aan de gang gehouden door bemiddelaars, niet waar. Toch zijn er over zzp’ers en die bureaus veel beelden en die komen dan terecht in een kamerbrief.

Laten we starten. Wie vindt wat van de zzp’er in de zorg?

Ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid: is het wel buiten dienstverband?

De discussie over of een zzp’er nu wel of niet buiten dienstverband werkt speelt al vele, vele jaren. Het ministerie van SZW is verantwoordelijk voor dit dossier, met minister Koolmees voorop. Na het tijdperk van de VAR, kwam de wet DBA en vanaf volgend jaar zou de webmodule het volgende hoofdstuk worden in hetzelfde boek, genaamd ‘Iedereen werkt binnen een dienstverband, tenzij wordt aangetoond dat het niet zo is.‘ De arbeidswet uit 1907 is niet meer van deze tijd, maar nog wel steeds leidend bij de ‘beoordeling van de arbeidsrelatie’ zoals dat dan heet. Eind 2019 gebeurde er iets belangrijks voor de zorg en dat lees je terug in dit artikel. Na vier jaar niet mogen handhaven op de wet DBA, mocht de Belastingdienst zich weer op gaan maken voor het starten met controleren van arbeidsrelaties. Dit zou voorzichtig en stapsgewijs gaan plaatsvinden. Via het bezoeken van organisaties en het aangaan van de dialoog, werden opdrachtgevers en zzp’ers beoordeeld op hoe zij werken in de praktijk. Tot zover nog niet zoveel aan de hand.

Commissie Borstlap: het dienstverband is Enige Weg

Vervolgens komt de commissie Borstlap met een belangrijk rapport over de toekomst van werk. Zij nemen een vrij bijzonder standpunt in, namelijk dat het dienstverband weer de standaard moet worden. Let op, dit doen zij terwijl 35% van heel Nederland flex werkt. Zij baseren hun adviezen op een vrij somber mensbeeld. Werkgevers hebben ‘misbruik’ gemaakt van flex om het vaste dienstverband te ontduiken. Zzp’ers hebben ‘misbruik’ gemaakt van de fiscale voordeeltjes om er zelf beter van te worden. Zzp’ers blijken zichzelf niet goed te verzekeren en zijn erg kwetsbaar. Daarnaast zijn de laagst betaalde zzp’ers helemaal kwetsbaar omdat zij zichzelf niet goed kúnnen beschermen al zouden zij het willen. Anders gezegd; iedereen gaat gebukt onder de slechte omstandigheden in de arbeidsmarkt en dat moet worden tegen gehouden. De balans is helemaal zoek. Wil je lezen welke voorstellen de commissie vervolgens doet, lees dan het artikel Alle voorstellen van de Commissie Regulering van Werk op een rij. Je zal niet verbaasd zijn te lezen dat de zzp’er er slecht af zou komen als het aan de commissie ligt.

Zover is het allemaal nog lang niet, want de kritiek op het rapport is groot en de maatregelen worden zeker niet zomaar overgenomen. Niet vreemd, want het rapport gaat niet in op hoe tevreden professionals zijn over flex werken. ‘Werkplezier’, ‘werkgeluk’, ‘bevlogenheid’, ‘betrokkenheid’ zijn geen woorden die terugkomen. Ook gaat het rapport niet echt in op de kwaliteit van het werkgeverschap, iets wat best wel belangrijk is als je dat op wil leggen. Zeker in de zorg speelt dit, maar dat werkgeverschap wordt nu juist niet aangepakt in het rapport. Het rapport Borstlap is dus koren op de molen voor de overheid, die de schatkist graag gevuld ziet worden met sociale premies uit… werkgeverschap.

Ministerie van Financiën: Belastingdienst nu naar Zorg en Bouw

Net vers in het pak als staatssecretaris van Financiën en gesteund door de lijn van Borstlap, gooit Vijlbrief een grote steen in de vijver van de zorg en bouw. Er komt een ‘sectorale’ aanpak zo wordt in een kamerbrief op twee A4tjes aangekondigd. De zorg en de bouw zijn nu aan de beurt en de aanpak wordt over de sector heen uitgerold. Dit leidt tot paniek in de tent en dan vooral door deze quoteSteeds meer bedrijven voelen zich ‘gedwongen’ met opdrachtnemers te werken omdat professionals liever als zelfstandige werken dan in dienst treden. Dit is met name het geval in sectoren met krapte op de arbeidsmarkt, zoals de zorg en de bouw. Daarom start de Belastingdienst juist in deze sectoren met een sectorgerichte benadering.” Anders gezegd, we gaan werkgevers helpen weer aan werknemers te komen. Afkomstig van de Belastingdienst, die juist onafhankelijk hoort te opereren. Het heeft er alle schijn van dat zij met een opdracht op pad worden gestuurd en alleen al deze suggesties doet zorgorganisaties rillen. Ambulances staan stil en bedden worden gesloten. Het blokkeren van de inzet van zzp’ers is nergens voor nodig, maar leg dat maar eens uit aan zorgorganisaties. Samen met onze collega’s van Zelfstandigen Bouw gooien we er een persbericht uit, die door het Financieel Dagblad nog iets scherper wordt verwoord. Wat ons betreft zeer onzorgvuldig om dat zo aan te pakken, of was die steen in de vijver juist de bedoeling..?

Opgeteld hebben we nu een ministerie van SZW die het dienstverband leidend wil blijven maken, een commissie Borstlap die vindt dat dienstverband de oplossingsrichting is en Financiën die de zorg speciaal wil maken. Vervolgens hebben we minister de Jonge..

Ministerie VWS: veel last van flexibilisering

.. die graag kordaat overkomt en hij grijpt daar het programma Meldpunt voor aan. Wat hij dan al weet, maar wij allemaal nog niet, is dat Financiën de Belastingdienst op het spoor van de zorg zou gaan zetten. Hij vergaloppeerd zich met de uitspraak dat zzp’ers die werken voor zorgorganisaties geen echte zzp’ers zouden zijn, iets waar hij later nadere uitleg over biedt. Bij het Algemeen Overleg met de Kamer vorige week heeft hij inmiddels aangegeven dat dit ‘een kort door de bocht kwalificatie was’. Het staat namelijk helemaal niet vast wanneer iemand in een dienstverband zit en wanneer niet. Zeker na vier jaar niet-handhaven is er geen rechtszaak geweest die hier duidelijkheid over heeft geboden. De opmerkingen van de Jonge komen voort uit de hoofdbrekens over die enorme flexibilisering. Vorige week kwam zijn Kamerbrief uit over die flexibilisering in de zorg en daarin staat een hoop verwoord. Heel interessant om te lezen is de spanning tussen de Borstlap werkelijkheid van dienstverband is the way to go, en aan de andere kant de echte redenen waarom professionals flex worden. Professionals vinden het dienstverband niet langer werken. Onze enquêtes uit 2017 en 2018 worden aangehaald als bronnen en brengen dus ook een deel van de nuancering. Geweldig dat jij die enquetes invulde.

Een mooi artikel met wat kritische meningen over die kamerbrief van de Jonge vind je hier. De media blijken overigens niet zozeer geïnteresseerd in stilstaande ambulances, maar willen vooral weten over het plan om een maximum tarief te gaan stellen voor flex. Uitzenden, detachering, zzp: het zou tot een bepaald maximum uurtarief begrensd moeten worden, om die enorme kosten voor PNIL (Personeel Niet In Loondienst) te beperken. Een maximum tarief is als maatregel nog niet eerder vertoond en met de enorme diversiteit van werkvormen en beroepen in de zorg lijkt het ons erg ingewikkeld worden om hier iets van te vinden.

Zorgverzekeraars: wij gaan uit van dienstverband

Interessant is dat de minister tijdens het Algemeen Overleg (terugkijken) meerdere malen aanhaalt dat er vooral anders georganiseerd moet gaan worden. Ook in de droevige aflevering van Zembla over de ouderenzorg afgelopen week hamerde de minister meerdere malen op dat anders organiseren. Het moet allemaal in de regio bedacht en georganiseerd worden. De regisseur voor dat anders organiseren zijn de zorgverzekeraars en het is interessant om te zien hoe zij in die arbeidsmarkt staan. Zijn zij bezig met alternatieve vormen van zorg organiseren? Voelen zij zich verantwoordelijk voor het probleem van de arbeidsmarkt? Dit bericht en daaronder dit document zegt een hoop. Een aantal quotes: “..voor goede zorg zijn goede zorgmedewerkersnodig“, “De versnippering en de groei van het aantal zelfstandigen in de zorg belemmeren zorgorganisaties om effectief in te zetten op goed werkgeverschap en het vernieuwen van de zorg.” Zzp’ers zijn in de ogen van zorgverzekeraars zorgprofessionals die werkgevers weghouden van goed werkgeverschap, ze zijn versnipperd actief en belemmeren vernieuwing. Dat je het even weet. Het gebrek aan menselijke maat van de zorgverzekeraar komt ook mooi naar boven op basis van deze opmerking “verplicht waar nodig Avond Nacht Weekend-diensten als onderdeel van de BIG herregistratie voor sectoren en beroepen.” We gaan mensen in beweging krijgen door ze verplichten te werken, ook als ze deze tijden liever niet willen. Voor een partij die verantwoordelijk is voor zorg aan hun verzekerden, ligt het niet in de natuur om zich te verdiepen in het welzijn van de mensen die die zorg moeten leveren. We gaan de ontwikkelingen rondom de inkoop van goed werkgeverschap nauwgezet volgen.

Beroepsorganisatie V&VN: niet zzp’ers, maar werkgevers zijn het probleem

Een bijzondere vermelding voor beroepsorganisatie V&VN. Het leiderschap daar is het afgelopen jaar gewisseld en dat levert uitgesproken standpunten op.

In een blog artikel van ad interim voorzitter Gerton Heyne stelt hij klip en klaar dat de werkgevers het probleem zijn en niet de zzp’er in de zorg. “Waar de minister daadkracht toont in het beperken van het zzp’erschap, komt hij op het vlak van goed werkgeverschap niet veel verder dan een oproep ‘om van elkaar te leren’ en ‘kijken welke bij de individuele instellingen opgekomen concrete oplossingsrichtingen op de korte termijn bredere toepassing verdienen.” Volgens Heyne is dit allemaal te weinig concreet.

Daar bovenop wil ik je deze brief aanreiken, die V&VN richting de minister stuurde afgelopen week.”Veel zorgprofessionals kiezen voor flexibele arbeidsverhoudingen, bijvoorbeeld als zzp‘er, om het werken in de zorg vol te houden. De frustratie over het niet uit kunnen oefenen van hun vak, de hoge administratieve lasten en het gebrek aan waardering worden door hen als redenen aangedragen om deze stap te maken.”

Over de opmerkingen in Meldpunt en het terug willen duwen in een dienstverband “Dit is volgens V&VN een zeer onwenselijke situatie, want behoud van de huidige verpleegkundigen en verzorgenden is belangrijker dan ooit. Zij (zzp’ers, red.) zijn in deze krappe arbeidsmarkt onmisbaar. V&VN is daarom ook zeer verbaasd over de uitspraken van de minister. Daarnaast zijn de uitspraken van de minister voorbarig omdat er momenteel nog onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van VWS naar de beweegreden van zorgverleners om als ZZP’er te gaan werken. Verbazend dat de minister niet eerst dit onderzoek afwacht en nu al wetgeving aankondigt.”

Samengevat

Je zou de afgelopen week zomaar de indruk kunnen krijgen dat er nogal wat gaat veranderen aan de positie van de zzp’er in de zorg. Met dit artikel hopen we je weer wat beeld en geluid te geven over waarom grote zorgen op dit moment niet nodig zijn. Wel is het zo dat de groep zzp’ers inmiddels zo groot is dat werkgevers in de knel komen met hun financiën en zorgverzekeraars hun zorgplicht onder druk zien staan. Vanuit pijn naar oplossingen zoeken is niet eenvoudig, maar het is inmiddels wel waar we nu zijn. We houden je op de hoogte van de dialoog die wij hierover voeren. Dank voor jouw steun de afgelopen periode.

Bron:

Dit artikel is geschreven door Lex Tabak en verscheen eerder op de website van SoloPartners

Psst. Wil je op de hoogte gehouden worden van dit en ander nieuws? Schrijf je dan in voor onze gratis nieuwsbrief door het formulier hieronder in te vullen. ???

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!